Hir schrijf ik u de levensloop van mijn zoon Johannes Maria v.d. Heijden. Van zijn 6e jaar tot zijn 13e is hij schoolgaand geweest. Daar hij netjes oppaste en goed leerde mocht hij met zijn 13e jaar van school af. Toen hij van school af was gegaan had de jongen al direct werk gevonden bij de fa. P. de Gruyter. En vandaaruit wilde de jongen een vak leeren. Hij had al direct een ander baantje. Door den leider van de Don Boschko Club, L. Corner. daar hij bij deze club was. Dier had er voor gezorgd, dat hij kappersbediende werd, bij Cornelissen in de Hinthamerstraat. Maar na vij lange jaren bezetting kwamen onze bevrijders op 24 october in Den Bosch. Maar den 25sten october, den 2en dag van de bevrijding kwam het noodlottige ongeval van onze geliefde zoon Johannes, oud 15 jaar, zoodat de dood intrad. Daar wij op dien bewuste dag woensdag 25 october 1944, met ons gezin , man, vrouw en vier kinderen 's morgens van 6 tot 8 uur in den avond in den kelder doorgebracht hebben, maakten wij om ca. half een het verschrikkelijke drama met onze jongen mede. Er was nog een kindje bij van 13 maanden, dat niets deed dan huilen van honger en dorst. Wij hadden in den schuilkekder niets mede kunnen nemen, omdat de granaten zoo dicht aan ons huis vielen. Als vader van de kinderen sprak ik tegen mijn vrouw: "Als het even stil is met het inslaan van granaten, zal ik wat brood en drinken gaan halen voor het kindje". Maar toen zei mijn zoon Johannus: "Vader dat hoeft u niet, dat zal ik wel doen." Zoo bezorgd was hij voor dat kindje. Toen liep hij de kelder uit, wilde drinken gaan halen, was bijna bij den achterdeur en plotseling werd hij getroffen door een granaat. Maar toen hij den slag kreeg riep hij nog twee maal "Papa, papa". Dat was alles, wat hij nog gezegd heeft voor zijn dood. Ik trof zelf mijn jongen vooovergeslagen en bloedend aan, zijn rechter arm afgeslagen en een granaatscherf door zijn hart en in zijn buik. Ik heb zelf, als vader zijnde, nog even voor hem gebeden, toen intusschen 3 minuten later was hij overleden. Hoopende, dat hij bij God is, ruste hij in vrede. Tot weerziens in den Hemel. |
René Kok, 'Wegens bijzondere omstandigheden...' : 's-Hertogenbosch in bezettingstijd 1940-1944 (2008) 382-383
Jos van Rooij, 1940 Muntel - Vliert 1945 : Een Bossche wijk in de oorlogsjaren (1995) 46